vrijdag 15 februari 2013

Professional

Foto: Johan van Velzen
Frits Wester staat voor de spiegel zijn hoofd te poetsen. Hij haalt een blauwe lap over zijn kale schedel, de uiteinden heeft hij stevig vast en hij wrijft alsof zijn leven ervan afhangt.  Een hongerig Peruaans schoenlappertje zou er nog een puntje aan kunnen zuigen.
  'Presentatie is alles', mompelt Frits tegen zijn spiegelbeeld, 'mijn hoofd zal zijn als een brandende zon. De blikken zullen verschroeien in mijn aangezicht.'
  Hoewel sommige mensen schijnen te denken dat het in de politiek draait om de politici, weet Frits wel beter. Alles draait om de presentator. Matthijs weet het, Jeroen weet het. De presentatoren maken de televisie, de politicus is decor. Met een los handje laat Frits, heel frivool, wat talkpoeder bovenop zijn hoofd dwarrelen. Hij maakt een paar kokette beweginkjes, sommige vlokjes vallen van zijn hoofd, degene die blijven liggen zijn net genoeg om geen gloeilamp van hem te maken.
   Het studiolicht kan je maken of breken, dat heeft zijn grote voorbeeld Mart Smeets hem jaren geleden al verteld. Voordat hij zijn slaapkamer verlaat, knielt Frits nog even voor de spiegel. 'Mag ik dat zeggen', prevelt hij vijftien keer. En daarna, harder, terwijl hij opstaat en er iets manhaftigs over hem komt: 'Ja, dat mag ik zeggen!'
  Als hij in zijn auto de redactie belt om mee te delen dat hij eraan komt, vragen ze of hij niet een kwartiertje later kan komen.