woensdag 18 november 2020

Alfa

RGB Free, by Lusi

Op de afdeling neurochirurgie was voor co-assistenten een piepklein kamertje beschikbaar. Het was waarschijnlijk een bezemhok waar ze op een gegeven moment de bezems uit hadden verwijderd, toen er co-assistenten over de afdeling begonnen te zwerven. In het hokje bestudeerde ik met stijgende interesse de status van de patiënt die ik zojuist onderzocht had. 

 Hij stond op het programma om aan een hersentumor te worden geopereerd en voor de operatie was het de taak van de co-assistent om de patiënt nog eens helemaal na te kijken. Bij de neurologie betekent dat hameren, kloppen, prikken, trekken en duwen aan spieren en pezen en je bevindingen vervolgens allemaal netjes noteren.
  Tijdens de anamnese had de patiënt al het een en ander over zijn voorgeschiedenis verteld, maar in de status kwam het verhaal pas echt tot leven. Persoonlijkheidsveranderingen, creatieve uitbarstingen, bizar gedrag met slapstickachtige situaties tot gevolg. Dat we als mens vooral  heel veel brein zijn, wordt je bij de neurochirurgie op fascinerende wijze duidelijk. In dat kleine hokje, terwijl aan de andere kant van de muur secretaresses ritmisch operatieverslagen zaten uit te tikken,  had ik het gevoel hele grote filosofische inzichten op te  doen.

  Een paar uur later mocht ik deze patiënt bij de overdracht presenteren. Enthousiast begon ik te vertellen over wat ik allemaal gelezen had, terwijl het me niet ontging dat de gezichten van de artsen aan de overkant steeds bedenkelijker gingen staan.
  Na vijf minuten had er eentje echt genoeg van.
  ‘Erg interessant allemaal,’ onderbrak hij me met geaffecteerde stem die lichtelijke irritatie verried.
  ‘Maar hier zijn we vooral in één ding erg geïnteresseerd. Waar zit de tumor precies?’
   Godzijdank was dit stukje blijkbaar zo belangrijke informatie me niet helemaal ontgaan.
  ‘Links pariëtaal’, zei ik.
  ‘Heel goed,’ antwoordde de chirurg, 'niets meer aan doen.'

maandag 9 november 2020

Alberts Bal Masqué

Voordat we het bal betreden
knopen we het masker voor
lopen de entree behoedzaam door
ronden de zuivel met rasse schreden.

Bij de groente ontvlammen lijf en leden
waarbij het jubelende koor
van rinkelende wagenwieltjes het gehoor
herinneren aan een vaag verleden.

Naast de weegschaal staren grote ogen
je boven een masker vurig aan
en blijf je niet onbewogen

als ze langs je schrijdt met haar banaan.
Nadat ze hem sereen heeft afgewogen
blijf je versteend tussen de druiven staan.