vrijdag 13 augustus 2010

Druk


Foto: Flickr, by cristilive
 In de nieuwe film van Christopher Nolan, de hedendaagse Golden Boy van de Amerikaanse cinema, is Leonardo di Caprio een behoorlijk druk baasje. Hij verdient zijn geld met het stelen van ideeën van mensen terwijl ze slapen, door in hun dromen rond te neuzen: extraction. Die droomwerelden van mensen zien er precies uit als de echte wereld, dus dat is lekker overzichtelijk. Geen vervloeiende beelden, mensen die in andere mensen veranderen, rare tijdsprongen of plotselinge veranderingen van omgeving, geen gevlieg en geen vertragingen: alles zoals het hoort.

Leo (Dom Cobb, een aparte naam voor Nederlandse kijkers) wordt benaderd door een verder niet echt uitgewerkte Japanse zakenman die iets nieuws wil doen: hij wil een idee in iemands hoofd planten, in plaats van het eruit te halen: Inception. Dit zou heel erg moeilijk moeten zijn omdat iemand die een idee heeft 'altijd weet waar dat idee vandaan komt.' Beetje vreemde uitleg, volgens mij heb ik zo vaak ideeën waarbij ik geen idee heb waar ze vandaan komen, maar misschien zijn die ook allemaal door Dom Cobb in mijn hoofd gezet, wie zal het zeggen.

Dom Cobb neemt deze moeilijke zaak trouwens aan omdat hij zijn kinderen wil zien: die zitten in Amerika en daar mag hij niet meer in, hij wordt verdacht van de moord op zijn vrouw. De vage zakenman kan dit probleem bij succesvolle inception wel oplossen. Die vrouw van Cobb is dus dood, maar we zien haar nog geregeld: als Dom door het onderbewuste van zijn targets wandelt wil zij nog wel eens tevoorschijn springen uit zijn eigen onderbewuste om hem van vanalles te beschuldigen, of hem te verleiden lekker met haar in de droomwereld te blijven en niet meer wakker te worden.

Het moge duidelijk zijn: Nolan heeft nogal wat te vertellen. Jammer is alleen dat hij nergens echt de tijd voor neemt. De film duurt lang, maar dat komt vooral doordat er eindeloos wordt geouwehoerd: zo ongeveer de helft van de film bestaat uit een soort cursus 'Inception voor beginners', personages die mekaar tot in den treure uitleggen hoe de techniek met de draadjes, het afdalen en het wakker worden precies werkt.

Als ik een kladblok mij me had gehad, was ik uit een soort reflex waarschijnlijk aantekeningen gaan maken: terug in de collegezaal.

Dit brengt me bij mijn tweede punt van kritiek. Naast het feit dat Nolan zoals gewoonlijk weer veel te veel in één film probeert te proppen, alleen al die relatie met die overleden vrouw en het reizen tussen droom en werkelijkheid had een hele film kunnen vullen, gaat hij ook weer als vanouds op de cerebrale toer. De film schreeuwt bijna tegen je dat er hier met wel heel interessante en ingewikkelde ideeën wordt gewerkt, maar vergeet een emotionele band met de kijker te kweken: het is al met al een behoorlijk klinische en koude bedoeling.

Dom verzamelt een team om zich heen om de moeilijke klus te klaren, een apotheker, een architect, een imitatie-specialist, dit deel van de film is een soort Ocean's Eleven voor droomdieven, maar het blijft lastig om echt enthousiast voor de missie te worden. Dit komt enerzijds door het grote doel: als het lukt om het idee in het hoofd van de target te planten dan gaat die het grote energiebedrijf van zijn vader in stukken opdelen, zodat het grote zakenbedrijf van de vage Japanner veel geld kan blijven verdienen.

Dit is niet echt een doel waar ik met passie achter kan gaan staan.

Anderzijds komt het doordat de personages allemaal nogal vaag blijven, we kennen eigenlijk alleen die Cobb een beetje en zelfs die niet echt goed.

En ten derde zijn er in de verschillende droomlagen wel allerlei beschietingen en achtervolgingen, maar dat is allemaal maar droom: op zijn ergst worden de personages weer wakker, of, leren we halverwege, ze komen in Limbo terecht, een soort eeuwige droomstaat, maar aan de andere kant heeft Cobb daar al eerder een jaartje of vijftig rondgehangen met zijn toen nog levende vrouw (de tijdsbeleving in de droomwerelden is anders dan in de werkelijkheid) en die is er toch weer redelijk normaal uitgekomen.

Tel daar nog bij op dat je eigenlijk geen moment weet of je nu naar werkelijkheid of naar één of ander droomniveau zit te kijken, tot het einde blijft Nolan je hier mee pesten, en de conclusie is: totale onthechting van deze film.

Inception levert eigenlijk gewoon weer de typische Nolan-ervaring: er gebeurt heel veel, er zitten veel (half uitgewerkte) ideeën in, maar het lukt hem niet een goed volgbaar coherent verhaal te vertellen en de personages enigszins invoelbaar te maken. Kijken naar een film van Nolan is als kijken naar de eerste versie van een script: de helft moet er nog uit, de andere helft moet nog wat meer diepgang krijgen en dan heb je echt wat.