woensdag 26 april 2023

Shakespeare

RGB Free, by joeldinning
Nadat A.F.Th van der Heijden in 1996 'het laatste deel' van de Tandeloze Tijd-cyclus publiceerde, begon hij aan zijn nieuwe mega-cyclus: Homo duplex. Deze serie ging in 2003 van start met de Movo tapes. Ondertussen lijkt die nieuwe serie een stille dood gestorven en zijn er alweer meerdere boeken verschenen die aanhaken op het Tandeloze Tijd-universum.
  
  Ik kan me herinneren dat Max Pam bij elk deel van Homo duplex Van der Heijden het goedbedoelde advies gaf om onmiddellijk met het project te stoppen, omdat het steeds onbegrijpelijker begon te worden. Ook Arnon Grunberg was er niet kapot van, die las een boekje van de cyclus en sprak over 'uitingen van een verwarde kabbalist.'
  Onderdeel van het probleem was onder meer het uitgangspunt. De cyclus draait rond de god Apollo die in mensengedaante eind twintigste eeuw over de aarde wandelt en iemand wil opvoeden tot het 'ontketenen en leiden van de Wereldstaking.'
  Dit is een wat abstract en ongeloofwaardig gegeven. In de Movo tapes zien we bijvoorbeeld hoe Apollo als pornofotograaf betrokken is bij de conceptie van een jongetje dat later in een eigentijd Oedipusverhaal moet figureren. Het leidt tot een heleboel vergezochte toestanden waarbij steeds op de achtergrond de vraag blijft spelen: hoe weet Apollo nou zo zeker dat al dit gedoe tot een 'Wereldstaking' gaat leiden?

 In Het schervengericht, waarvoor Van der Heijden in 2007 de AKO-literatuurprijs won, zien we een ander verhaal waar Apollo bij betrokken zou zijn geweest. Eind jaren zestig zou hij Charles Manson hebben aangezet tot zijn waanzinnige moordpartijen in Los Angeles, door hem een 'apocrief' Beatlesnummer toe te spelen. Dit is een variatie op wat er werkelijk gebeurd is, Manson scheen geobsedeerd te zijn door het nummer Helter Skelter van The White Album.
  Ook bij deze verhaallijn is het weer de vraag hoe die Wereldstaking er dan precies uit zou zien en waarom een Beatlesliedje dat allemaal teweeg zou kunnen brengen. Deze vragen op macroniveau beletten echter niet dat er op microniveau in alle Homo-duplex boeken gigantisch veel te genieten valt. Ook al slaat het uiteindelijk nergens op, door zijn fantastische stijl en verbeeldingskracht vlieg je toch door die boeken heen. Als Van der Heijden beschrijft hoe Charles Manson (in het boek 'Maddox') in de gevangenis het niet bestaande Beatlesnummer 'Hurly Burly' op een gitaar tokkelt, krijg je toch de neiging om het nummer op Youtube op te gaan zoeken:

De gitaarintro leek op die van 'Working Class Hero', maar had een lager tempo. Dacht Remo Lennons aarzelend slepende stem voor Maddox' gruizige geluid in de plaats, dan riep de zang reminiscenties op aan 'Strawberry Fields Forever' [...] 

Wanneer Apollo John Lennon een briefje schrijft om hem te verleiden een nummer met Shakespeare citaten op te nemen, besluit hij met:

'ps - Zelfs bij Bob Dylan is Shakespeare in the alley.'

Dit laatste is een verwijzing die vijfennegentig procent van de lezers waarschijnlijk helemaal niets zegt, maar als Dylan-liefhebber hoor je meteen de regel uit Stuck Inside of Mobile with the Memphis Blues Again:

Well, Shakespeare, he's in the alley
With his pointed shoes and his bells
Speaking to some French girl
Who says she knows me well

Het zijn dit soort dwarsverbandjes die veel Van der Heijden-romans iets eindeloos uitdijends en vormeloos geven en hem ook op kritiek komen te staan. Maar Van der Heijden verwijten dat hij wat moet schrappen en een strakkere plot moet bouwen, is net zoiets als een jazzmuzikant verwijten dat hij eens moet kappen met improviseren en gewoon coupletje-refreintje-coupletje moet spelen.