Foto: flickr, by ky_olsen |
Het is tijdens het vierde liedje van de nieuwste cd van Bob Dylan dat je wakker schiet: daar is potverdorie ineens Bob Dylan!
Was het hij er in de liedjes daarvoor dan niet? Dat hangt ervan af wat je verstaat onder aanwezig zijn. De laatste pakweg vijftien cd's was Bob Dylan op zijn cd's te horen, hij zong liedjes waarvan hij de teksten zelf geschreven had, de liedjes swingden vaak, maar waar was Bob Dylan? Waar was, met andere woorden, de kunstenaar Bob Dylan?
Wat is dan een kunstenaar? Om deze vraag te beantwoorden citeer ik graag Martinus Nijhof, die in zijn gedicht 'Het Licht' schrijft:
Het licht, Gods witte licht, breekt zich in kleuren:
Kleuren zijn daden van het licht dat breekt.
Het leven breekt zich in het bont gebeuren,
En mijn ziel breekt zich als ze woorden spreekt.
Een ziel die zich breekt als ze woorden spreekt, dat klinkt als kunst. Hierbij zijn meerdere kanttekeningen te plaatsen:
1. Een ziel kan zich ook breken als ze noten speelt, of verf op een doek gooit, maar we hebben het hier even over de talige kunst, Nijhof eindigt zijn gedicht niet voor niets met:
Naakt aan een paal geslagen door de koorden,
Ziel, die zichzelve brak in liefde en woorden:
Dit zijn de daden waar ik mens voor was.
Nijhof vergelijkt de creatieve daad hier met het lijden van Christus, een metafoor die later ook nog verwoord is door John Lennon ('God, you know it ain't easy, they're gonna crusify me').
2. Ook van iemand die net een geliefde heeft verloren en kreten slakend ter aarde stort, kan je zeggen dat zijn 'ziel in woorden breekt'. Het verschil is dat het in dat geval geen kunst is, maar de werkelijkheid. Het verschil tussen deze twee zaken zit hem in het feit dat het breken in het eerste geval min of meer bewust wordt opgeroepen en bovendien in een vorm gegoten is. Bij het gieten in de vorm kunnen twee dingen mis gaan:
a) Er is te weinig vorm: het is een gemakzuchtige kopie van de werkelijkheid, het huilende zigeunerjongetje: kitsch.
b) Er is teveel vorm: het breken is teveel een maniertje geworden, of er wordt helemaal niet meer gebroken. Dan is het ineens alleen nog maar woorden op papier, of noten op een cd. Het kan goed zijn, technisch goed, leuk om naar te luisteren, maar echte kunst wil het maar niet worden.
Dylan is op zijn beste platen de brekende ziel waar Nijhof over dicht. Wel heeft Nijhof het over een ziel die zichzelf in liefde en woorden breekt, terwijl je bij Dylan net zo goed, en eigenlijk vaker, over een ziel kan spreken die zich in woede en woorden breekt, om niet te zeggen in diepe haat en rancune en woorden breekt.
Een voorbeeld hiervan is Idiot Wind op 'Blood on the Tracks', dat piept en kraakt, dat is boos en manisch, dat is pure geconcentreerde en technisch perfecte zielenbrekerij.
De laatste jaren was het allemaal aardig, wat Dylan deed. Maar op nummer vier van die nieuwe plaat, als hij zingt
'We cried on a cold and frosty morn,
we cried because our souls were torn
so much for tears
so much for these long and wasted years'
is hij even weer helemaal present. En dan moet zijn ode aan John Lennon nog komen.