woensdag 1 februari 2023

Breakpoint

De Netflix-documentaire “Breakpoint” is 
RGB Stock, by weirdvis
een feest der herkenning voor iedere tennisspeler. Zo dacht ik dat het een typische karakterzwakte van mij was dat ik tijdens wedstrijden steeds gestresster wordt naarmate de overwinning dichterbij komt, maar daar blijken veel professionals dus ook last van te hebben. Tip van een tennispsycholoog die onder meer Pete Sampras begeleidde: “Je moet het niet te graag willen.”  
 
  Tja.
 
  Veel toptennissers die in de documentaire aan het woord komen zijn opvallend knap. Natuurlijk zijn er uitzonderingen, maar onder meer Sjarapova en Berretini lijken zo overgestapt uit een soapserie. Het doet me denken aan vrouwen die op zondagmiddag in Podium Witteman cello of piano spelen. Ik heb nog nooit een goede pianiste, celliste of violiste in dat programma gezien die niet ook fysiek knap was, alsof het toch waar is dat het uiterlijk een spiegel van het innerlijk is en je niet virtuoos een Bach-sonate kunt vertolken met een hangend oog en een hazenlip. Symmetrie van buiten als spiegel van een symmetrische ziel die bijzonder ontvankelijk is voor ritme en harmonie. Of het is gewoon ordinaire discriminatie bij conservatoria en tv-programma’s, dat zou natuurlijk ook nog kunnen. 
 
  De eerste aflevering van “Breakpoint” gaat over Nick Kyrgios, zeg maar de René van der Gijp van het moderne tennis. Bulkend van talent, maar de eeuwige bad boy die de avond voor een wedstrijd in de kroeg hangt en het grootste gedeelte van het jaar wel wat beters heeft te doen dan tegen dat gele balletje te slaan. Dit soort jongens krijgen altijd te horen dat ze hun talent vergooien. Kyrgios zegt hierover: “Ik kan gewoon niet veertig weken per jaar tennissen. Dan word ik ongelukkig en agressief.”
  Marco van Basten zei ooit: “Hard werken is ook een talent”, en ik denk dat hij daar gelijk in heeft. Verzuchten dat Kyrgios even veel had kunnen winnen als Federer, als hij maar wat harder zou werken, is net zoiets als verzuchten dat Bram van Polen net zoveel had kunnen winnen als Johan Cruijff, als hij maar wat meer talent had gehad. 
  
  Je uiterlijk, je talent en je arbeidsethos: je hebt het er maar mee te doen. 
  
  “Breakpoint” laat bovendien zien dat zelfs als ze alle drie in hoge mate aanwezig zijn, je jezelf nog terug kunt vinden in een troosteloze hotelkamer waar je je tussen half uitgepakte koffers vertwijfeld afvraagt of het je ooit gaat lukken om een Grand Slam te winnen en niet de geschiedenis in zal gaan als een totale loser die zijn opa en oma niet meer onder ogen durft te komen. 
  Ondertussen ligt een paar straten verderop een onooglijke tuinman met twee linker handen in de zon lekker een uiltje te knappen.