zondag 11 oktober 2020

Vreemde kostgangers (4) - De oplossing

RGB free, by ayla 87

 'We beginnen vandaag met de praktijk,' zei Mia, onze wandeltherapeute, toen we in het bos in een kring om haar heen stonden.
  'Innovatief', mompelde Edelsteen. 'Eerst de praktijk, dan de theorie.'
  'Innovatief?'
  'Edelsteen is de naam. Ik stond laatst bij een tankstation en toen realiseerde ik me dat er meer tussen hemel en aarde is. Van het een kwam het ander en nu staan we ons hier te focussen onder de druipende dennen. Ik vind het prachtig.'
  Mia schudde woest haar hoofd.
  'Er is helemaal niets meer tussen hemel een aarde. Helemaal niets! Dit is alles wat er is. Is het niet genoeg? Is het niet prachtig?'
  Edelsteen knikte begripvol.
   'Sterk, heel sterk. Een confronterende strategie om de zaak op scherp te zetten. Ik kijk hier werkelijk mijn ogen uit.'

   In de wandelgangen was de afgelopen weken druk gespeculeerd over wat er precies gebeurd was aan de A27. Van de ene op de andere dag had Edelsteen zijn driedelig pak verruild voor een wollen trui en een spijkerbroek. Ook begon hij termen als 'return of investment' en 'customer journey' te vervangen door monologen over 'jezelf terug vinden' en 'dingen een plekje geven.'
  Sommige collega's dachten dat hij bij het tanken wat te dicht bij de weg had gestaan en een tik van een zwalkende vrachtwagen had gekregen. Anderen, met name degenen die al wat langer op de zaak werkten, meenden dat het allemaal onderdeel was van een briljante bedrijfsstrategie.

  'Ik ben vijftien jaar overspannen geweest', schreeuwde Mia. 'Vijftien jaar! Ik werkte voor precies dezelfde soort klootzakken als jullie. Altijd maar bezig met winst. Altijd maar dealtjes aan het maken. Altijd praatjes en nooit eens rust. Ik ben eruit gestapt! Ik heb aan de rand van de waanzin gestaan. Ik zwierf door Amsterdam met twee koffers en een kruimeldief. Nu is het mijn missie om rust te verspreiden!'

  Na deze speech daalde er inderdaad een indrukwekkende rust neer op ons gezelschap. De rest van de dag sjouwden we timide achter onze wandeltherapeute aan, die over een tomeloze energie bleek te beschikken. 's Avonds viel ik in mijn bezinningshut al snel in slaap, maar werd midden in de nacht toch weer wakker.
  Achter mijn hutje klonk een dierlijk geluid.
  Nieuwsgierig trok ik een jas aan en stapte de kraakheldere nacht in. Boven mijn hoofd schitterde het uitspansel, onder mijn voeten knisperde het gras, alles rook naar natuur en een paar meter verderop zat onze wandeltherapeute op een grote kei hartverscheurend te snikken.
   'Ik kan het niet meer aan,' zei ze. 'Ik ben verantwoordelijk voor zeventien resorts. Het is uit de hand gelopen. Ik wilde rust en ik ben nog drukker dan ik eerst was.'
  Op de kei naast haar zat mijn directeur.
  In het zachte sterrenlicht legde hij zijn arm over de schouder van onze wandeltherapeute.
  'Dat gaan we toch helemaal in orde maken,' fluisterde hij. 'We gaan een mooi plannetje maken en de boel fijn reorganiseren. Dan krijg je eindelijk de rust die je verdient.'
   
  Ik staarde naar het tafereeltje met het gevoel dat ik een of ander diep inzicht over de werkelijkheid opdeed. Nadat Mia was uitgesnikt verdween ze in het donker, ik wilde alweer op mijn tenen terug mijn hutje insluipen, toen Edelsteen zijn hoofd in de lucht stak, alsof hij me geroken had.
  Hij wees op de kei die net verlaten was door Mia.
  'Ga zitten,' sprak hij, 'en vertel wat er aan de hand is. Waar maak je je zo'n zorgen over?'
  Ik ging zitten en voor het eerst vertelde ik het hele verhaal over Bertha, Jimmy en de aankomende dood aan iemand die geen moment verbaasd leek over de gebeurtenissen. Alleen Jimmy's rol in het geheel bracht een wenkbrauw omhoog.
  'Wat een rare man,' zei Edelsteen toen ik uitgesproken was. 'Maar de heer heeft nu eenmaal vreemde kostgangers. Ik begrijp je zorgen en ik denk dat ik wel een oplossing weet. Ik moet het alleen nog even met mijn vrouw overleggen.'
  Met deze woorden liet hij me weer alleen. Ik bleef vijf minuten op de koude rots zitten en kroop toen mijn bezinningsbed weer in, in de vaste overtuiging dat alles helemaal in orde ging komen.