zondag 24 juli 2011

Roman

Foto: flickr, by richat
Bij gebrek aan voetbal analyseer ik Zomergasten. De wedstrijd met Marc-Marie Huibrechts geef ik een stevige acht wat betreft amusementswaarde. Maar is het ook een goeie wedstrijd?
   Dat is het, maar niet dankzij Jelle Brandt Corstius, de Ronald Koeman van de interviewers: net zo goed als zijn materiaal.
   De avond wordt gemaakt door Huibrechts. Hoogtepunt: de aflevering van Frans Bromet over een lichtelijk verstandelijk gehandicapte man die last heeft van een hond die steeds over een twee meter hoge schutting gaat hangen om eens lekker bij de buren naar binnen te loeren. Ik vind Bromet een soort genie: hij tast situaties af alsof hij ze ter plekke aan het verzinnen is, zijn scenes krijgen vanzelf een literaire waarde. Als hij over die hond begint springt het beest onmiddelijk met zijn kop boven de schutting uit, als een figurant die in de coulissen klaar staat om zijn sleutelrolletje te spelen.
  Als Bromet aan iemand vraagt om een brief voor te lezen, staat er altijd iets waanzinnigs in wat allerlei lijntjes soepel bij elkaar bindt, of alles ineens in een compleet ander daglicht stelt, waardoor een hele situatie kantelt.
  Als je denkt dat je leven stompzinnig en nietzeggend is moet je Bromet met zijn camera uitnodigen, hem een dag door je leven laten lopen en als je het resultaat ziet zullen je de ogen opengaan: je bent helemaal niet onbeduidend, je bent de hoofdpersoon van een schitterende roman.