Foto: flickr, by martin.w1 |
Toen Over de Liefde van Doeschka Meijsing de AKO Literatuurprijs 2008 won was ik dan ook sceptisch: weer zo'n winnaar, van een vrouw, een boek dat ook nog eens 'Over de liefde' heette en tot overmaat van ramp over de liefde voor een andere vrouw ging.
Het Aaf Brandt Corstius geneuzel in deze roman moest wel van de bladzijden te scheppen zijn, maar toch las ik het, de geest is zwak.
Ik vond het een prachtige roman. Beeldend, geestig, diepzinnig zonder pretentieus te worden, speels en intellectueel.
Een goede test voor een boek is wat je je er drie jaar later nog van herinnert. Sommige boeken lees je en een jaar later mogen ze je dood slaan, je weet bij god niet meer wat je gelezen hebt. Toen ik net het overlijdensbericht van Meijsing las schoot me meteen een scene te binnen waarin de hoofdpersoon van Over de Liefde in een kroeg met haar vrienden alle doden door staat te nemen. En dat iemand anders daar dan van onder de indruk is. En een etentje aan de gracht van zomers Amsterdam en dat ze in het water valt en zich rustig door de stroom mee laat nemen. En een eikenhouten vloer in een historisch pand en de velden van Italië.
Ze heeft er weinig aan maar ze is met overtuiging geslaagd. Doeschka Meijsing: groot schrijfster.